De Wever: "Grootste partij kan onderwijsminister claimen"

In de AB in Brussel is vanmorgen een onderwijscongres gehouden. Onder meer 5 partijvoorzitters gingen in debat over de noden van het basisonderwijs. N-VA-voorzitter Bart De Wever wil vooralsnog geen posten opeisen, maar stelt wel dat wie de grootste partij wordt in Vlaanderen de onderwijsminister kan leveren.

Aan het debat namen 5 partijvoorzitters deel: Wouter Van Besien (Groen), Bruno Tobback (SP.A), Gwendolyn Rutten (Open VLD), Bart De Wever (N-VA) en Wouter Beke (CD&V).

Elke partij bracht ook een onderwijsspecialist mee, Elisabeth Meuleman voor Groen, ex-onderwijsminister Marleen Vanderpoorten voor Open VLD en Kris Van Dijck voor N-VA. Normaal gesproken zouden ook Hilde Crevits (CD&V) en onderwijsminister Pascal Smet (SP.A) deelnemen aan het debat, maar zij moesten door verplichtingen in de Vlaamse regering en het Vlaams Parlement vervangen worden door respectievelijk Kathleen Helsen (CD&V) en Inga Verhaert (SP.A).

Hilde Crevits als onderwijsminister?

Een van de opvallendste passages van het debat was ongetwijfeld de discussie over wie de volgende minister van Onderwijs zal worden. Na de hetze van gisteren over wie welke partij naar voor schuift voor het Vlaams minister-presidentschap, lijkt nu ook het gevecht om de andere ministerposten ingezet.

Zo laat N-VA-voorzitter De Wever vallen dat volgens hem de grootste partij het recht heeft om de onderwijsminister te claimen. "Ik eis geen enkele post op, maar het zou vreemd zijn mocht de sterkste partij die post niet opnemen."

CD&V-voorzitter Wouter Beke is voorzichtiger en wil de verkiezingen afwachten, maar stelt wel dat Hilde Crevits na Openbare Werken en Mobiliteit nu, ook over de capaciteiten beschikt om onderwijsminister te worden. Na het debat nuanceert Beke overigens de kandidatuur van Crevits. "We zullen dat na de verkiezingen zien. We gaan proberen de grootste partij te zijn en op die manier de leiding te nemen en onze onderwijsstempel op de volgende regering te drukken."

Ook de andere partijvoorzitters willen liever de verkiezingen afwachten voor ze uitspraken doen over het verdelen van de postjes. "Laat de kiezer eerst kiezen", zegt Rutten. Ook Bruno Tobback, de voorzitter van de partij van de huidige minister van Onderwijs is erg voorzichtig. "De kiezer maakt uit of Pascal Smet terugkomt als minister van Onderwijs."

"Beetje de schuld van de PS"

Een ander thema waar de partijvoorzitters hun tanden mochten inzetten, is de wachtlijsten voor infrastructuurwerken in het basisonderwijs. De wachtlijsten om als basisschool een bouwproject op te starten zijn de laatste jaren alleen maar langer geworden. Groen-voorzitter Wouter Van Besien wil daarom boven op de al beloofde 180 miljoen euro per jaar jaarlijks nog eens 200 miljoen euro investeren.

Van Besien vindt wel dat moet worden bekeken of de nieuwe schoolinfrastructuur die wordt gebouwd, ook kan worden gebruikt voor andere initiatieven. "Het is niet evident, maar we moeten de schoolinfrastructuur in een brede schoolcontext ook gebruiken voor sport en cultuur", zegt hij. "Niet alleen voor het sociale aspect, maar ook voor het financiële."

Gwendolyn Rutten stelt een soortgelijk plan voor. Ze belooft niet het hoge aantal middelen waar Groen mee schermt, maar wil naar een andere financieringsvorm gaan. "Maak afspraken om bij de bouw van bijvoorbeeld serviceflats ook schoolinfrastructuur te voorzien", zegt ze. Op het einde krijgt Rutten wat last van verkiezingskoorts door de fouten van de afgelopen 5 jaar in het onderwijs bij de Franstalige socialisten te leggen. "Het is een beetje de schuld van de PS en dan bedoel ik Pascal Smet."

SP.A-voorzitter Tobback wuift die laatste opmerking van Rutten weg en wijst erop dat sommige problemen met de financiering van nieuwe schoolinfrastructuur niet het gevolg zijn van een beslissing van Smet, maar wel van zijn voorganger. Als moderator Marc Van de Looverbosch hem erop wijst dat dat Frank Vandenbroucke was, ook een socialist, weet Tobback even niet wat zeggen.

Uiteindelijk benadrukt Tobback dat de socialisten meer willen investeren in het onderwijs, maar dat het niet realistisch is om de nodige 3 miljard euro in een keer op te hoesten. Hij wil wel iets doen aan het feit dat de wachtlijsten momenteel zichzelf versterken. "We moeten nagaan welke dossiers wel al bouwrijp zijn en welke niet", zegt hij. Daarnaast moet de procedure voor hem een pak korter.

N-VA-voorzitter De Wever legt een groot deel van de huidige problemen in het basisonderwijs bij de zesde staatshervorming. "Van een overschot gaan we naar een tekort", zegt hij. De Wever sluit naar eigen zeggen lenen niet uit. "Lenen kan niet uitgesloten worden, maar is natuurlijk wel de kost doorschuiven naar de volgende generaties. Het zal sowieso verschillende legislaturen duren vooraleer we iets kunnen doen. Belangrijk is dat we de groei van de wachtlijsten kunnen omkeren."

Wouter Beke laat dan weer weten dat CD&V jaarlijks 100 miljoen euro extra wil investeren in het onderwijs. "De helft van Groen, maar het komt in de buurt van de noden."

"Basisonderwijs is basis van alles"

Het eerste debat met de onderwijsspecialisten van de verschillende partijen ging over de werkingstoelagen van het kleuteronderwijs. Geen van de vijf aanwezige partijen is van plan om de werkingstoelagen in het kleuteronderwijs te doen toenemen door de middelen te gaan halen op andere onderwijsniveaus. "We hebben een grondige evaluatie gevraagd van de huidige financiering van het basisonderwijs", klinkt het bij Helsen. "De studie is nog niet afgerond, dus het zou niet wijs zijn om voor de resultaten binnen zijn, beslissingen te nemen."

De N-VA is het daarmee eens en wil ook wachten op de uitslag van de studie, maar pleit wel voor een gelijkschakeling van de financiering tussen het kleuter- en lager onderwijs in verschillende fasen. "Zeker voor de derde kleuterklas", meldt Van Dijck. Hij ziet het geheel in het verlagen van de leerplicht tot de derde kleuterklas.

Voor Open VLD is het basisonderwijs de basis van alles. "Als het daar al fout loopt, loopt het vaak mis in de verdere schoolcarrière", zegt Vanderpoorten. Volgens Open VLD kan er bespaard worden in het secundair onderwijs op ondersteuning als voorkomen kan worden dat het foutloopt in het basisonderwijs. Die middelen kunnen dan eventueel naar het basisonderwijs gaan.

Verhaert heeft het vooral druk met het verdedigen van het beleid van haar afwezige partijgenoot Smet. "We hebben wel degelijk zaken gedaan", klinkt het. "Maar nieuw beleid vergt nu eenmaal nieuwe middelen." Groen wil 729 miljoen euro extra investeren in het onderwijs. Een groot deel daarvan zou volgens Meuleman naar het basisonderwijs moeten gaan. "We zitten niet bij de kop van het Europese peloton en dat zou wel moeten."

"Kader mag niet breder zijn dan het schilderij"

De basisscholen klagen verder ook aan dat er te weinig middelen zijn voor ondersteunende functies. De schooldirecteurs zijn te vaak bezig met secretaresse spelen, telefoons beantwoorden en hebben daardoor te weinig tijd om onderwijstaken te doen of beleid te voeren. De verschillende partijen zijn het erover eens dat er aan die vragen tegemoet moet worden gekomen, maar de verdubbeling van de middelen zoals de directeurs voorstellen is - behalve voor Groen - een brug te ver.

"Er wordt soms te gemakkelijk gevraagd naar meer middelen, maar in dit geval is die vraag terecht", merkt Meuleman op. "Wij steunen de voorstellen van de directies. Ze willen meer vrijheid in ruil voor meer verantwoordelijkheid, dat is een sterk voorstel", klinkt het.

De anderen partijen vinden de bedragen niet realistisch. "De financiële consequenties van het voorstel zijn te zwaar", zegt Helsen. "Dit voorstel verdient aandacht, maar we moeten nadenken over nieuwe organisatiemodellen op het niveau van de schoolgemeenschappen."

SP.A ziet wel wat in bestuurlijke schaalvergroting. Zodat de schoolgemeenschappen meer ondersteunende taken op zich kunnen nemen. Vanderpoorten is ook gewonnen voor sterke schoolgemeenschappen, maar benadrukt dat ze nog steeds lokaal verankerd moeten zijn. "We moeten er wel voorwaarden aan koppelen en kijken binnen welk kader we dit kunnen doen."

De N-VA stelt voor om niet alleen de lasten van de directeurs over te nemen, maar ook die lasten aan te pakken. "We moeten personeel inzetten waar het nodig is. Het kader moet niet breder zijn dan het schilderij", klinkt het. Hij pleit ook voor een meldpunt waar directeurs de werkdruk kunnen aanklagen.

Het voornaamste punt waar iedere partij wel op een lijn over zit, is de eenvormige verloning voor de schooldirecteurs. Nu is het zo dat er erg grote loonverschillen zijn tussen schooldirecteurs afhankelijk van de regio, de grootte van de school en het niveau. Alle partijen zijn voorstander om de lonen gelijk te schakelen en die beloftes werden uiteraard met applaus onthaald door de zaal die voornamelijk bestond uit schooldirecteurs.

Meest gelezen